Blog

Herroepen

Vandaag komt de gereviseerde Bijbelvertaling uit. De NBV21 bevat 12.000 aanpassingen van de vertaling die in 2004 is verschenen. Bijzonder is dat veel wijzigingen zijn doorgevoerd naar aanleiding van suggesties van gebruikers. Aan de vertaalprincipes is niets veranderd. Nog steeds gaat het om het evenwicht tussen brontaalgetrouw en doeltaalgericht. Dus, zorgvuldig vertalen wat er staat en dat tegelijk in ‘draaglijk Nederlands’, zoals mijn leraar op de middelbare school het zou zeggen. De wijzigingen betreffen over het algemeen kleine aanpassingen, maar in enkele gevallen gaat het om wat grotere ingrepen.

Een voorbeeld daarvan is een bekend struikelvers aan het slot van het boek Job. Omdat we daar in onze Summerschool afgelopen zomer uitgebreid bij stil hebben gestaan, is het mooi om te merken dat wat daar al werd gezegd, nu ook in de NBV21 is doorgedrongen.

Het verhaal van Job, in het geding met God en zijn vrienden, over de rechtvaardigheid van al het lijden dat hem is overkomen, beschouw ik voor het gemak maar even als bekend. Aan het slot van het boek, als God (de Heer) Job antwoord heeft gegeven door over de wonderen van zijn schepping op te scheppen, reageert Job ter afsluiting:
“Eerder had ik over u gehoord,
maar nu heb ik u met eigen ogen aanschouwd.
Daarom herroep ik mijn woorden en buig ik mij,
zoals ik hier zit in het stof en het vuil.”

(Job 42: 5 – 6)

De kneep zit ‘em in dat ‘herroepen’. De bijbeluitleggers zijn het er al langer over eens, dat dit – cruciale – woord niet goed vertaald is. Niet alleen taalkundig, ook inhoudelijk wringt het. Want hoezo herroepen? Is dan alles wat Job hiervoor heeft gezegd, doorgestreept? Het is een weergave die vanouds goed paste bij het streven om de opstandige Job terug in zijn vrome hok te duwen.

In de nieuwe versie is de vertaling gewijzigd. Voor de achterliggende argumenten kun je terecht bij een artikel van Hans Debel in het NBG-blad Met andere woorden (zie hier).
De nieuwe tekst luidt:
“Ik héb U horen spreken,
en nu heb ik gezien wie U bent.
Daarom zal ik verder zwijgen,
nu vind ik troost voor mijn kommervol bestaan.”

Afgezien van de zgn. eerbiedskapitalen, waarmee u nu met een hoofdletter wordt geschreven, omdat het om god gaat, is dit toch echt een belangrijke verbetering.

Job’s herroepen wordt hiermee herroepen.

Previous Post Next Post

3 Comments

  • Reply Loes Jansen 13/10/2021 at 13:16

    Ik vind het ‘ik vind troost in mijn kommervol bestaan’ inderdaad een grote verbetering in de vertaling. Zelf vind ik ‘kommervol bestaan’ een andere connotatie hebben dan ‘mijn bestaan in (als) stof en vuil’. Kommervol draagt nog een oordeel in zich, terwijl leven in stof en vuil een realistische constatering is.

  • Reply Bert Brouwer 14/10/2021 at 12:27

    Job krijgt noch van zijn vrienden noch van God een bevredigend antwoord op de vraag waarom deze ellende hem allemaal moest overkomen, maar Gods donderpreek zonder enig medeleven spreekt voor Job wel boekdelen: het is hem duidelijk geworden dat God tot alles in staat is, en om het vege lijf te redden brengt Job daarom Gods woede tot bedaren met diplomatieke woorden en laat hij her er verder bij. Hij dringt bij God verder niet aan op een antwoord. Persoonlijk zie ik Jobs houding aan het eind daarom vooral als een teken van berusting, niet van berouw of troost.

  • Leave a Reply