Blog

De taal van het geheim

Binnenkort is het 20 jaar geleden dat ik mijn promotieonderzoek verdedigde. Wat is het dan leuk om te merken dat het boek dat daaruit voortgekomen is, nog steeds aandacht trekt.
Een paar maanden geleden heb ik uitgebreid contact gehad met een student theologie (ze bestaan nog!), die zijn eindscriptie schreef over de homiletiek, mijn boek had bestudeerd en daar nog wat vragen over had.
En deze week was ik uitgenodigd om in Earnewâld (Fr.) een lezing te houden over de preek: geheimtaal of taal van het geheim? Een gelegenheid om een aantal kernpunten uit mijn onderzoek en boek te presenteren. Ik merkte dat ik er zelf weer enthousiast van werd. Niet in het minst ook door de vele vragen die er in de pauze binnenkwamen en die stimuleerden tot voortgaand gesprek. De preek leeft nog steeds… Al is de relativerende opmerking, dat we hier wel in protestantse kringen verkeerden met een toch overwegend wat ouder publiek…

Eén van de vragenstellers kwam aan met de uitspraak van de filosoof Wittgenstein: waarover je niet spreken kan, daarover moet je zwijgen.
Ik had in mijn lezing betoogd dat we in de preek ook het geheim van God, het onrepresenteerbare van het godsgeheim, moeten blijven koesteren. De preek spreekt geen laatste woorden, heeft niet de waarheid in pacht. Vandaar misschien deze vraag/respons?

De aardige paradox is dat Wittgenstein dit als één van de laatste opmerkingen noteerde in zijn uitvoerig onderzoek naar de taal en de taalspelen, waarmee wij mensen communiceren en elkaar en onszelf proberen te verstaan. Ook hij kon en wilde niet zonder taal, onderzocht daartoe de taal in alle uithoeken.
Het besef dat taal en woorden nooit het laatste of het definitieve uit kunnen drukken, noch van God noch van eender welk mens of ding, dient ons taalgebruik te blijven begeleiden. In die zin zie ik geen tegenspraak met de stelling van W. (of is dat een retorisch handigheidje om er onderuit te komen?)

Ik blijf geloven in en gefascineerd door alles wat in en door de taal, ook in de preek, gebeuren kan, maar blijf tegelijkertijd beseffen, in theorie en hopelijk in praktijk, dat iedere taal zijn grenzen kent en dat geldt zeker voor de preek(taal), de taal van het geheim.

Naschrift

Previous Post Next Post

No Comments

Leave a Reply