Overdenking

samen aan tafel (Luc. 14: 1 en 7-14)

Kennen jullie de reclame van Ariel?
Ariel gaat de test aan om te bewijzen dat het echt het beste wasmiddel is.
Je ziet dan een heel dorp uitlopen om samen aan tafel te gaan. Ongeveer net zo als wij hier vandaag.

Meditatie bij de openluchtviering in Vries

De mensen zitten aan lange tafels met een smetteloos wit tafellaken. En dan mogen ze dat zo vies maken als ze maar kunnen. Ze maken het zo vies als ze kunnen, daarna gaat het de was in, en je kunt het resultaat wel raden.
Nou klopt er helemaal niks van die reclame. Let de volgende keer maar eens op. Want aan het einde hangen ze eerst aan een hoge paal het vieze tafelkleed op, en daarnaast laten ze zien hoe het uit de Ariel-was is gekomen. Maar dat kan dus nooit hetzelfde kleed zijn…

Waar het mij om gaat is, de manier waarop ze dat tafelkleed vies maken. Als je goed kijkt zie je dat de mensen aan elkaar met linten zijn vastgebonden. Als dus je buurman zijn glas naar de mond brengt, trek  jij even aan, en dan vliegt de inhoud over tafel. Nou, dan wordt het dus binnen de kortste keren een smeerboel.

bbbvriesToen ik die reclame zag, van die vastgebonden mensen, moest ik denken aan een ander verhaaltje. Over het verschil tussen de hemel en de hel. Een joodse rabbi kreeg toestemming van God om een blik te werpen in de hemel en in de hel. In de hel zag hij allemaal mensen aan lange tafels zitten met allerlei eten voor hun neus. Maar de mensen hadden stijve armen – niet aan elkaar gebonden, maar ze konden ze niet buigen. Ze zagen al dat lekkere eten, konden het ook wel pakken, maar niemand kon het naar zijn mond brengen. Ze lieten het halverwege vallen. Het werd een smeerboel.
Toen mocht de rabbi een blik in de hemel werpen. En hij zag daar precies hetzelfde. Lange tafels vol eten en drinken, mensen met stijve armen – maar één ding ging anders. Met hun stijve armen bracht iedereen het eten en drinken naar de mond van de ander, en zo voedden ze elkaar.
Dat is het verschil tussen hemel en hel.
Help je elkaar, samen aan tafel, help je elkaar dan help je jezelf.
Of, zo gaat het dus in de hel, ben je alleen maar met jezelf bezig, zit je de ander dwars, omdat je de ander letterlijk niet ziet zitten, dan wordt het een smeerboel, dan wordt het een rommeltje, dan komt er niks van het samen eten terecht.

Vandaag is dat het thema en dat heeft natuurlijk alles te maken met de evangelielezing van deze zondag. Jezus spreekt bij de maaltijd en hij spreekt over de maaltijd.
Dat doet hij vaker.
En telkens als dat gebeurt heeft dat altijd tenminste twee lagen.
De maaltijd is in de Bijbel een veelvoorkomende gebeurtenis. Zoals het in ieder mensenleven is. Dat is de eerste laag. Het menselijke van de maaltijd. Want een mens vreet niet als hij honger heeft, je gaat samen aan tafel en dan wachten we op elkaar. Zelfs als je vaak alleen moet eten, dan nog maak je er iets van, toch. Maar het beste eet je samen…
Zo wordt de menselijke maaltijd ook een teken van een diepere dimensie, of een hogere. Het is altijd meer dan alleen maar eten en drinken, het is ook samen-zijn, het is een teken van gemeenschap, het is een oefenplaats van het leven. De maaltijd kan zelfs een gebeurtenis worden, waarin je God ontmoet, brood en wijn.

Samen aan tafel, dat zou je ook goed kunnen zien als een beeld van het leven.
Vandaag letterlijk. Als mensen die één gemeenschap vormen, van dorp, van gemeente. Wij zitten aan één tafel, we delen het leven met elkaar. Dat kun je uitbreiden. We delen één samenleving, één land-  we zitten allemaal aan tafel, zo verschillend als we zijn. We zitten allemaal aan tafel, wereldwijd. De tafel is rijk voorzien, er is genoeg te eten en te drinken: genoeg voor ieders behoefte. Maar … we hebben het misschien niet helemaal goed verdeeld. Aan de ene kant van de tafel is er te veel, er is zoveel dat er eten wordt weggegooid, terwijl het aan de andere kant van de wereldtafel te weinig is. Hebben wij er zo niet een rommeltje van gemaakt? Valt dat ooit nog schoon te wassen?

Zo kun je er ook naar kijken.
Maar, is dat nu waar het in dit gedeelte om gaat? Jezus spreekt over de plaats die je inneemt aan tafel – dus toch over de juiste tafelschikking? Hij spreekt over wie je uitnodigt – iedereen aan tafel? De voorbeelden die hij uitkiest zijn zo helder, dat we daar niet veel meer over hoeven zeggen. Dat kan iedereen begrijpen. Het gaat over de maaltijd, de menselijke maaltijd op het eerste niveau.
Maar ook dat tweede komt er bij, en dat geeft er een zekere diepgang aan, waar ik kort nog iets over wil zeggen.

Op het eerste gezicht denk  je dat Jezus hier spreekt over de fatsoensregel van de moraal, van hoe het hoort, onze tafelmanieren. Je plaats weten en het niet te hoog in de bol hebben. Dat is ook zo, maar tegelijk is er meer dan dat. Het evangelie is altijd meer dan burgerlijke moraal.

Als jullie oetneugdigd worden veur een bruuloft…. dat is de vergelijking.
Zo worden wij aangesproken, als mensen die uitgenodigd zijn voor de bruiloft, als mensen die uitgenodigd zijn aan de tafel van de Heer.
Op een dieper niveau heeft Jezus het hier over God. Wij zijn uitgenodigd als mensen, door God, onze Vader. Dat vormt onze waarde en onze waardigheid, en die geldt voor iedereen, hoog of laag. Dat heeft niets te maken met onze waardigheid, met wat we presteren of wie we in het leven zijn, ook niets met de welwillendheid van anderen, of hoe verdienstelijk we ons maken in kerk of maatschappij of weet ik wat, nee, we worden aangesproken als genodigde mensen, als door God zelf uitgenodigd aan de tafel van het leven, van de wereld, waar genoeg is voor iedereen en iedereen een plaats kan vinden.

Als je dat beseft, dan kunnen we ons ruimhartig opstellen, in plaats van kleingeestig. Dat laatste gebeurt altijd uit angst en onzekerheid; dan ben je alleen maar met jezelf bezig: ben ik wel goed genoeg, of hoe zou ik overkomen bij de ander, of ben ik wel interessant genoeg, of is de ander interessant genoeg voor mij – dat zijn allemaal vragen en overwegingen die door het hoofd gaan van mensen die zich zorgen maken over de goede plaatsen of over wie wel of niet uitgenodigd moet worden – precies waar Jezus over spreekt.

Maar als je aan de andere kant begint, leert in te zien, durft in te zien, dat wij allemaal genodigden zijn, dat iedereen er voor God bij hoort, dat is toch wat Jezus belichaamt – dan komt er een wonderlijke ontspanning, die je de mogelijkheid geeft om rustig aanwezig te zijn en eenvoudig de plaats in te nemen die je toevalt. Dan komt er een wonderlijke, innerlijke vrijheid, om je niet door angst te laten leiden – hoe kom ik bij de ander over – maar uit te gaan van je eigenwaarde en van ieders eigen waarde – dan hoef je niet voor te dringen of jezelf geforceerd op de voorgrond te plaatsen.

Aan de tafel van het leven, aan de tafel van de Heer, vinden we allemaal onze plaats. En als het wat drukker wordt, schikken we in. Er is genoeg voor iedereen. En als het wat krap wordt, delen we met elkaar. Hoe moeilijk kan het zijn?

Eén ding nog: Laten we zorgen dat we ons tafellaken schoon houden….
Dat scheelt in de was. AMEN.

Previous Post Next Post

1 Comment

  • Reply Harry 27/08/2016 at 16:33

    Zorgen dat we ons tafellaken schoonhouden?
    Met/na zo’n preek zou ik eerder zeggen: een kind kan de was doen!
    😉

  • Leave a Reply