Overdenking

op het leven (verbintenisdienst Vries) – Joh. 2 bruiloft te Kana

Toen ik onlangs mijn collega en (voor)voorgangster vroeg of zij vandaag de lector wilde zijn, zei ze tot mijn vreugde niet alleen spontaan ‘ja’, maar je vertelde er in één adem door ook bij dat dit gedeelte – de bruiloft te Kana – de tekst was waarmee je ooit in de opleiding je uitspraak mee moest oefenen: Zès sténen wáterváten…
Met welke tekst ik in mijn opleiding mijn uitspraak moest oefenen, weet ik niet meer. Als ik eerlijk ben, vraag ik me zelfs af of ik die colleges ooit heb gevolgd. Zou heel goed kunnen van niet, wat dan meteen verklaart waarom ik mijn Drentse tongval nooit helemaal ben kwijtgeraakt. Maar ja, als je dominee wordt van Vries kun je misschien zeggen dat elk nadeel ook z’n voordeel heeft.

De bruiloft te Kana als tekst om je uitspraak op te trainen.bruiloft te kana
Daarover doordenkend kwam ik al gauw op de gedachte, dat je dat ook door kunt trekken naar de inhoud van dit bijzondere evangelieverhaal.
Niet alleen een tekst als spraak-regel, maar ook als spreek-regel. Niet slechts om je uitspraak mee te oefenen, maar ook om te leren ons spreken en preken op de juiste manier te doen, op de goede toonhoogte. Wat bedoel ik daarmee?
Als de kerk geroepen wordt om in deze wereld te spreken, en dat is ze, en als een dominee is vrijgesteld om te preken, en dat is hij of zij naast al het andere, dan moet het zo zijn dat het altijd in lijn is met de boodschap van dit verhaal. Dan moet het eigenlijk zo zijn, dat het geënt is op dit model.
Het evangelie van de bruiloft te Kana is voorbeeldig. Het leert ons hoe we moeten spreken en preken. Want wat je van dit verhaal ook allemaal kunt zeggen, de strekking is in één zin weer te geven: daar waar de Heer verschijnt, daar waar Jezus is te midden van de mensen, daar heerst vreugde en daar is overvloed. Dat is het patroon, dat al ons kerkelijk spreken en heel ons doen en laten kleurt: vreugde en overvloed. Daar waar Jezus is, in de verhalen die we vertellen, in de maaltijd die we vieren, in woord en sacrament, daar heerst de vrolijkheid van het feest. Het evangelie van de bruiloft te Kana levert de template (het model) voor onze kerkelijke verkondiging.

Een paar opmerkingen bij het verhaal, en bij deze gelegenheid.
Een verhaal dat rijk is aan betekenissen en interpretaties. Uit het Johannesevangelie dat zelf al zo vol is aan beelden en symboliek. Dat vinden we ook hier terug.
Er zit symboliek in de getallen die worden gebruikt. De derde dag, waarop de bruiloft plaatsvindt. De zes watervaten, want, zo vond ik dat ooit bij iemand uitgelegd, zes doet je verlangen naar zeven, het getal van de volheid. Er zit een diepere betekenis in de mededeling op het einde, dat dit het eerste van Jezus’ wondertekenen is. Het eerste gaat voorop, principieel, zeker als je bedenkt dat in dit evangelie zeven wondertekenen van Jezus worden vermeld.
Er zit symboliek, niet alleen in de getallen, maar ook in de gestalten. Het anonieme bruiloftspaar, twee mensen die voor elkaar kiezen; de aanwezigheid van Jezus, en van Maria, of nauwkeuriger: de moeder van Jezus, want haar naam wordt niet genoemd. Ook dat heeft een reden, maar dat laten we nu maar rusten. Er is een diepere betekenis in de gestalten die in het verhaal een rol spelen, de bedienden – diakenen staat er in het Grieks – de leerlingen die op het einde in hem, Jezus, geloven.
Er zit, om nog even door te gaan, symbolische diepgang in de elementen van dit verhaal: de bruiloft op zichzelf, een krachtig Bijbels teken, het water natuurlijk en de wijn. Elementair.
U merkt wel, hoeveel er in zo’n kort verhaal zit, dat vraagt om uitwerking en uitleg. Maar dat laten we vandaag allemaal achterwege. We concentreren ons op die strekking van het verhaal,en dat is, dat waar Jezus verschijnt, er vreugde heerst en overvloed. Want dat lijkt me één van de krachtigste lijnen die er van dit evangelie uitgaat.

Iemand (Kaj Munk) heeft er op gewezen, dat dit wonder van Jezus, want dat is het natuurlijk ook, water in wijn veranderen, dat dit goedbeschouwd een overbodig wonder is.
Kijk, als elders wordt verteld dat Jezus zieke mensen geneest, dan kun je dat alleen maar goed vinden. Als blinden weer gaan zien, als verlamden weer gaan lopen, enzovoort. Als een mens in de war – bezeten door kwade geesten – wordt bevrijd en zichzelf terugvindt, idem dito. Of als leerlingen in een gammel bootje tijdens een zware storm van hun angst worden bevrijd – de wind gaat liggen, dan kunnen we daar ook nog wel het nut van in zien.
Misschien zijn er mensen die zeggen, maar dat kan toch allemaal niet, die wonderen? Dat is toch naïef als we daar vandaag de dag nog in zouden moeten geloven?
Dat is een onderwerp op zich. Ook daar kan ik nu niet teveel op ingaan, maar ik zou zeggen, als je dat niet kúnt geloven, moet je het ook niet doen. Maar het zou jammer zijn, als je niet verder kwam dan zo’n oppervlakkig oordeel. We moeten ons niet blindstaren op die wonderverhalen. Net zo min op het wonder van vandaag. Dat water in wijn verandert, dat is het wonder niet. Dat zou de cafébaas wel willen, maar zo werkt het dus niet. Er zit meer in en er zit meer achter en de echte boodschap die daaruit spreekt en die je raken kan, ligt zoals altijd aan het wonder voorbij.

Dus opnieuw de vraag: Waarom dit overbodige wonder? Wat heeft het voor nut dat Jezus zijn bijzondere gaven aanwendt om er voor te zorgen dat een feestje, waar toch al het nodige is ingenomen, door kan gaan? Waarom moet de Heer op een boerenbruiloft in een obscure uithoek van het heilige land zorgen dat de drankvoorraad op peil blijft? En waarom staat er van zoiets vermeld, dat de leerlingen in hem gingen geloven? Dat is iets wonderlijks.

Het wonder is, dat het kennelijke overbodige, broodnodig is.

Het is zoals gezegd het eerste van Jezus’ wonderen. Wonderteken, staat er in onze vertaling, en dat drukt mooi die dubbelheid uit. Het is een wonder, maar het is vooral een teken. Het verwijst ergens naar. Als eerste van zeven, verwijst het naar een soort grondpatroon, dat alle volgende wondertekenen kleurt en dus in heel Jezus’ verschijnen, in zijn rondgang op aarde en tussen de mensen, aan het licht treedt.
Want dit is het teken: het feest – de bruiloft – de gevierde gemeenschap, dat moet doorgaan. Dat mag niet in het water vallen en dat kan niet op een kater uitlopen. De vreugde moet gehandhaafd blijven, en de overvloed die daar bij hoort, omdat Jezus er bij is. “Bruiloftsgasten kunnen toch niet treuren zolang de bruidegom bij hen is?” (Mat. 9: 15a).

Dit overbodige wonder, hebben we misschien wel het meest nodig van alles.
Het leert ons iets over de eigen rijkdom van het geloof, de vreugde en de overvloed.
Het haalt je weg uit een verarmd spreken over nut en noodzaak. Dat is te schraal voor het evangelie en te mager voor een kerk. Daar gaat het in de wereld al te vaak over, maar in de kerk hebben we ook nog wat meer te vertellen…

pont 13Wij vieren de overvloed, dat er altijd meer in het vat zit, en dat het glas halfvol is, bij wijze van spreken.
Er is een uitbundigheid die bij het geloof hoort, en die ons spreken, preken, doen en laten mag stempelen, en die uitbundige overvloed verwijst naar wat in bijbel en traditie ‘genade’ wordt genoemd, goddelijke goedheid.
Dat wat meer is dan het gewone, dat wat voorbij gaat aan onze berekening, dat wat je zomaar in de schoot geworpen krijgt, dat wat het alledaagse leven een bijzondere glans en vreugde verleent, het nodige overbodige.
De genade is, Jezus in ons midden. Hij toont ons zijn grootheid, staat er. Op het bruiloftsfeest te Kana. Op de Brink in Vries. Overal waar mensen samen zijn. Jezus in ons midden, in brood en wijn, in Woord en Geest.

En wij, wij mogen daarvan getuigen.
Daar is de kerk voor bedoeld.
Maar laat dat dan zo gebeuren, volgens de spreek-regel van dit wonderlijke verhaal, met woorden van goedheid en genade, met tekenen van vreugde en overvloed, waarin we het leven vieren, waarin we ons geloof koesteren en delen, dat er altijd meer in het vat zit, dat de hoop nooit dooft, dat de beste wijn voor het laatst wordt bewaard, dat er geen einde is aan Gods verbond met de mensen.
Laten we daarop proosten: op het leven.
AMEN

Previous Post Next Post

No Comments

Leave a Reply