Overdenking

Lucas 19: 1 – 10 (Zacheüs)

Het verhaal van Zacheüs in de vijgenboom spreekt tot de verbeelding. Je ziet het zo voor je, dat mannetje tussen de bladeren verscholen. Het plaatje heeft iets komisch, het lijkt alsof Lucas het met plezier vertelt.
Het hele verhaal heeft iets waar je vrolijk van wordt. Zo´n verhaal met een verrassing, al kennen we het al lang. Een verhaal met een happy end. Zacheüs, de tollenaar die door de hele stad met de nek wordt aangekeken, wordt ook voor de zaak van Jezus gewonnen. Hij hoort er vanaf nu ook bij. ´Vandaag is dit huis redding ten deel gevallen´, zegt Jezus nota bene zelf. Een plechtige uitspraak met een sterk bijbelse ondertoon: redding (bevrijding). We doen het vandaag niet voor minder.

Het verhaal spreekt tot de verbeelding. Niet alleen omdat je er makkelijk een plaatje bij kunt denken. Ook omdat het hier gaat om een herkenbare ervaring, hoe een ontmoeting een diepe en blijvende indruk kan achterlaten. De menselijke ervaring dat door een bepaalde ontmoeting, op een bijzonder moment, je leven een wending krijgt, dat je een andere richting opgaat. Dat wat Zacheüs  hier overkomt; of moet je zeggen: dat waar Zacheüs hier naar op zoek was?

Wat gebeurt er precies in deze ontmoeting? Wie heeft eigenlijk de regie, wie bepaalt hoe en wat er gebeurt?  Je zou denken dat dit Jezus is. Hij immers ziet Zacheüs in de boom, weet ook zijn naam (opmerkelijk), roept hem naar beneden. Jezus bepaalt dat hij vandaag bij Zacheüs thuis wil komen. Het staat er met de nodige nadruk. Jezus is het tenslotte die aan het einde de conclusie trekt: ‘vandaag is dit huis redding ten deel gevallen’. Jezus heeft de regie. Hij bepaalt wat er gebeurt en hoe.
Ja, en toch, wie gaat er op uit om Jezus te gaan zien, als deze de stad Jericho nadert? Dat is Zacheüs. Wie doet alle moeite om Jezus te zien, ook als de mensen rijen dik langs de kant staan? Zacheüs had ook kunnen denken: ik zie toch niks, en denk maar niet dat ze mij er door laten om voor aan te mogen staan. De mensen zien me aankomen. Ik ga naar huis en doe de televisie aan, dan zie je het altijd beter.
Dat had hij kunnen zeggen, maar nee, hij klimt de boom in, doet zijn uiterste best om Jezus niet te missen.
Wie heeft de regie? Jezus wil bij hem komen, maar het is Zacheüs  die hem ‘vol vreugde’ zoals er staat binnenlaat. En nog voordat Jezus iets kan zeggen, heeft Zacheüs het initiatief genomen en zegt, uit zichzelf (!) dat hij zijn leven zal beteren.

zacheusJe kunt er dus op een verschillende manier naar kijken, zoals bij elk goed verhaal.
Als je het plaatje erbij voorstelt, dan schiet je vanzelf in de lach. De hoofdtollenaar, zeg maar de chef van de belastingdienst, klimt in de boom en verstopt zich tussen de bladeren. Die deftige man, die rijke kerel, klimt als een kwajongen in de boom. Denkt een goed verscholen plekje te hebben, maar wordt meteen door Jezus gespot. En dan moet hij, voor de verbaasde, maar ook kritische en wat jaloerse ogen van al die stadsgenoten naar beneden komen. Het heeft iets komisch.

In Het hoogste woord, een bijbel voor kinderen vanaf een jaar of 9, vertelt kinderboekenschrijfster Imme Dros dit verhaal na. Ze kiest ervoor het verhaal te vertellen vanuit het perspectief van Zacheüs. Zacheüs die met horten en stoten, nog vol van verbazing, vertelt wat hem overkomen is. Ze vertelt het zo dat de nadruk komt te liggen op het komische van het hele geval. Een klein stukje, Zacheüs is dus aan het woord:
“Maar aldoor moest ik toch lachen, ondanks die stekende ogen (van Jezus), ondanks die valse fluisterstemmen (van de omstanders). En het ongelofelijke was, dat hij ook lachte. Hoe moet ik dat beschrijven, hoe kan je dat precies duidelijk maken, wat het is als je samen met iemand kunt lachen, en niet om een grap of om iets dat je lang geleden samen hebt beleefd, maar zomaar, omdat hij het was, omdat ik het was”.
En het verhaal eindigt met de woorden: We lachten samen… We lachten.

De lach kan bevrijdend zijn.
Samen lachen, kan een band scheppen die sterker is dan wat ook. Hebben ze samen gelachen, Jezus en Zacheüs? Het staat er niet, maar het zou zo maar kunnen. Het verhaal heeft iets vreugdevols, je wordt er blij van. Is dat het geheim van dit verhaal, van deze ontmoeting?

In ieder geval is het zo’n ontmoeting met Jezus, waarvan er meer zijn in het evangelie, waarin een mens veranderd, bevrijd tevoorschijn komt. Het doet mensen goed. Ze vinden er iets. Wat? Jezelf. Je bestemming. Een nieuw perspectief. Zacheüs is een ander mens, na de ontmoeting met Jezus. Het begint eigenlijk meteen al, en zonder dat Jezus er op aan hoeft te dringen. Jezus is nog niet bij hem binnen – in zijn huis, in zijn intimiteit, in zijn persoonlijke levenssfeer betekent dat ook – het woord huis wordt een paar keer nadrukkelijk genoemd; Jezus is nog niet bij hem binnen, of Zacheüs is al een ander mens. Kiest er zelf voor, om zijn leven om te gooien. Is dat de stille overtuigingskracht van Jezus? Hij heeft geen woorden nodig…

Hoe kan Zacheüs zo veranderen?
Als Jezus bij hem in huis komt, belooft Zacheüs prompt dat hij de helft van zijn bezittingen aan de armen zal geven en viervoudig zal vergoeden wie hij iets heeft afgeperst.
Dat is nogal wat – een tikkeltje overdreven misschien wel. Overijverig.
Zacheüs zegt dat, terwijl Jezus daar zelf nog geen woord over heeft gezegd. Zacheüs begint er zelf over.

Hoe kan iemand zo veranderen?
Zou het kunnen zijn, dat wat Zacheüs hier zegt en doet, dat hij daar al een hele tijd mee rond gelopen heeft? Dat er al langer iets bij hem knaagde, een soort ontevredenheid met zijn huidige bestaan, een soort onrust die hem bij tijd en wijle naar de keel vliegt. Is dit het nu? Is dit mijn bestaan? Is dit wat ik altijd heb gewild, ambtenaar bij de belastingen, gebonden aan de bezettende macht en hun grillen, veroordeeld om mijn inkomen bij elkaar te halen door anderen uit te buiten?

Misschien, ik fantaseer ook maar wat, misschien heeft Zacheüs zelfs een zekere weerzin tegen zichzelf gekregen. Hij mag dan rijk zijn, rijker dan anderen, maar geld vergoedt niet de innerlijke leegte in zijn leven, en daar is hij zich steeds meer van bewust.
Zacheüs is zo happig om het roer om te gooien, Jezus hoeft niets te zeggen, dat hij het dan meteen ook maar goed en radicaal en definitief doet.
Hij is blij, opgelucht, dat hij nu net dat laatste zetje heeft gekregen om de keus te maken waar hij al zo lang tegen aan zat te hikken. Hier was hij zo aan toe. ‘Dit had ik veel eerder moeten doen’.

Het wonder van een echte ontmoeting, is nooit helemaal te grijpen.
Is het Jezus, die deze verandering, bekering, bewerkstelligt? Of is het Zacheüs zelf, die zijn keus maakt, zijn leven voortaan over een heel andere boeg gooit?
Uit een echte ontmoeting kom je altijd anders dan je er in ging, en dat geldt voor beide partijen.

Ook voor Jezus is dit een cruciale ontmoeting. Dat klinkt door in het slot, waar de uitspraak van hem staat dat ‘de Mensenzoon is gekomen om te zoeken en te redden wat verloren is’. Wat met Zacheus gebeurt is een illustratie van wat de diepste drijfveer is van Jezus’ missie. (Het is het verhaal dat vlak voor de intocht wordt verteld. Alle evangelisten hebben dan een ander verhaal, dat telkens iets duidelijk maakt over hun specifieke insteek. Bij Lucas is dat motief dus, het zoeken van het verlorene – vgl. Lc. 15)

Dat deze ontmoeting voor Jezus ook veel betekent, kun je zien aan enkele opmerkelijke aspecten.
Jezus ziet Zacheüs, nog voordat deze hem ziet. Hij roept hem bij zijn naam, hoe kent hij die? En dan zegt hij: Kom naar beneden, vandaag MOET ik in jouw huis zijn. Hoezo? Moeten? Wat is dat voor overval. Het lijkt wel een bevel tot huiszoeking.

Het zijn geladen woorden en opnieuw krijgen ze hun betekenis pas goed vanuit het geheel van het evangelie.
– Over de betekenis van het woord ‘huis’ hebben we het al gehad. Dat is meer dan je toevallige woning, dat is je bestaansgrond, dat is je basispositie. In jouw huis, betekent, in jouw leven, binnen komen in je identiteit.
– Vandaag – heden. Dat klinkt een paar keer op beslissende momenten.
– En het MOETEN, dat houdt verband met al die keren dat er gesproken wordt over het lijden van Christus. De Mensenzoon zal veel moeten lijden (Lc 9: 22); Er is een noodzakelijkheid, een heilsnoodzakelijkheid, dat hier nu vandaag Jezus in het huis van Zacheüs komt. Dat is geen willekeur. Dat is geen gril. Dat is noodzaak.  Er staat een leven op het spel.

Vergelijk het maar met je eigen ervaring. Soms gebeurt er iets, waarvan je weet, voelt: hier moet ik iets mee. Soms gebeurt dat in één moment; soms is het een optelling van verschillende gebeurtenissen, dingen die je meemaakt, een gesprek, een ontmoeting – noem het maar op. Soms duurt het even tot het tot je door dringt, maar dan is het besef er ook in volle kracht en sterkte: hier moet ik iets mee. Die ene opmerking, die een deur openzet. Die ene mens die op mijn pad komt, en een stil beroep op mij doet. Die emotie, die zomaar opkwam, mijzelf verraste, dat is toch een signaal. Hier moet ik iets mee. Dat is dan noodzaak. Geen willekeur, geen keus. Geen kwestie van zin of geen zin. Het moet.images

De ontmoeting van vandaag doet een sterk appel op een ieder van ons.
Ze confronteert je met de vraag naar je eigen bestemming en misschien wel je eigen roeping?
Misschien is het verhaal van Zacheüs aanleiding om alert te zijn op die signalen in jouw leven, die zeggen: hier moet ik iets mee. Dit kan ik niet laten liggen. Hier mag ik niet aan voorbij gaan. Dan zou ik mezelf tekort doen. Dan zou ik aan het wezenlijke voorbijgaan. Dan mis ik misschien wel de bestemming van mijn leven.
Misschien dat dit verhaal van Zacheüs aanleiding is om eens bij uzelf, bij jou zelf na te gaan, wanneer dat gevoel bij u opkwam waar we het net over hadden. Is dit het nu? Is dit mijn bestaan? Is dit wat ik altijd heb gewild?
Zou in zulke vragen, in zo’n besef de goede God zelf zich niet kunnen melden, de Mensenzoon die immers overal het verlorene zoekt om het te redden.
Heel persoonlijk. In jouw eigen huis, ook in jouw comfortzone?

God is daar waar Hij wordt binnen gelaten. Wat zou het wat zijn, als Hij vol vreugde ontvangen wordt. Dan, dan klinkt er een bevrijdende lach.
AMEN

Previous Post Next Post

3 Comments

  • Reply Tjitte Dijkstra 11/11/2018 at 17:33

    Mooi!
    Bij een volgende keer dat u over Zacheüs preekt, zou u aandacht kunnen schenken aan het feit dat het een vijgenboom was waarin hij zich verstopte. Lucas zal dat detail niet zonder reden hebben genoemd. Er zijn prachtige verbanden te vinden met verhalen uit het Eerste Testament. Het begint al bij Adam en Eva die zich verschuilen achter vijgenblaadjes, maar associaties met vruchtdragen in andere passages is ook boeiend.
    Voor de tuinbouwers is er ook nog iets bijzonders: vrijwel alle vruchtbomen dragen 1x per jaar vrucht, maar de vijg doet dat 2x!
    Genoeg aanknopingspunten voor creatieve associaties.

    • Reply Bert Altena 12/11/2018 at 09:53

      Dank voor deze suggestie:
      de fiscus in de ficus!

  • Reply Sarah 14/01/2020 at 19:15

    Kan u als u weer iets schrijft over de oude en nieuwe Zacheüs willen vertellen?
    Ik moet het namelijk weten voor huiswerk. :-]

  • Leave a Reply