Blog

god bestaat niet en jezus is zijn zoon en klaas zijn profeet

Dat Klaas Hendrikse niet gehinderd wordt door bescheidenheid, hebben we gisteren weer in de krant kunnen lezen, voor wie het nog niet wist.
Vanwege het verschijnen van zijn boekje over Jezus staat hij nu in de belangstelling. Het is de opvolger van zijn bestseller Geloven in een god die niet bestaat uit 2007.

Er staan mooie dingen in, net zoals in zijn eerste boekje. Zelf werd ik aangenaam getroffen door een passage waarin hij het opstandingsgeloof probeert te begrijpen (p.105) of als hij omschrijft wat hem in Jezus boeit (p. 134-135). Maar dat zijn zeldzaamheden in een boek waarin je verder vooral hinderlijk voor de voeten gelopen wordt door de tamelijk met zichzelf ingenomen persoonlijkheid van de schrijver.
Het toontje is me in veel passages een paar tikken te populair. De inhoud nog vaker behoorlijk oppervlakkig. Voorbeeld: hij bespreekt het ontstaan van het monotheïsme en zegt dan dat het “…in de praktijk onhaalbaar was, en nog steeds is. Om niet te zeggen: een fictie. Het bewijs daarvoor ligt dicht bij huis. In de beginjaren van het christendom wemelde het van de verschillende richtingen. Het eindresultaat was de zogenaamde Drie-eenheid: Vader, Zoon en Heilige Geest. Iedereen tevreden, behalve God, want die werd gedrieëndeeld. Adieu monotheïsme” (p. 63).
Het is grote halen, snel thuis als dominee Klaas ons uitlegt hoe het ook al weer zit met dat rare geloof van ons. Jezus is gewoon een door Paulus aangeklede pop (p. 79). Mythologie voor een heidens publiek, zodat de Jood Jezus in een handige handomdraai veranderde in de Christus van de kerk. Nu we het toch over de kerk hebben: dat is voor Klaas het instituut dat weinig goeds lijkt te hebben gedaan en te doen (behalve misschien het maandelijks overmaken van zijn traktement, of heb je dat als successchrijver niet meer nodig? – hij noemt het niet). Je vraagt je inderdaad af, wat hij daar nog aan vindt om voor zo’n club te werken?

Wat hij te vertellen heeft over het ontstaan van het joodse geloof in de oudoosterse context bevat geen nieuws. Zelfde geldt voor wat hij over onze gebrekkige kennis van de historische Jezus weet te melden. Waarschijnlijk is dat stof die hij nog uit zijn 30-jaar oude college-aantekeningen heeft overgepend, zoals hij in de inleiding meldt (p. 10). Het probleem bij Klaas is dat hij het op zo’n manier brengt dat iedereen die het anders ziet of iets genuanceerder – en dat is al gauw het geval, wil je jezelf als wetenschappelijk gevormd theoloog serieus nemen – al snel de indruk wekt hopeloos ouderwets te zijn.

Nou ja, bij zijn vorige boek heb ik me daar ook al aan gestoord. Laat ik dat niet weer doen. Het is zijn verdienste dat hij met zijn dwarse boekjes reuring in de kerken sticht. Dat wil ik hem graag na geven. Maar dat gaat dan wel ten koste van de diepgang.
Een geleerde recensie van Eep Talstra in het Friesch Dagblad, verwoordt een soortgelijke kritiek en is tegelijk eerlijk over de vragen die Hendrikse oproept. Benieuwd welke discussie onze Klaas nu weer los maakt. Hij zelf wil waarschijnlijk niets liever…

Previous Post Next Post

No Comments

Leave a Reply