Overdenking

Gebed andere mensen ten goede, Lucas 9: 28 – 36

De Bijbel staat vol wonderlijke verhalen. Als u hier vaker komt, zal u dat wel eerder zijn opgevallen. Ook de verhalen over Jezus in het evangelie zijn vol wonderlijkheden. Denk aan zijn genezingen, aan zijn soms raadselachtige uitspraken, aan het brood dat wordt vermenigvuldigd, aan het water dat in wijn wordt veranderd of aan de storm die tot bedaren wordt gebracht. Maar in al die wonderlijkheden voel je altijd nog de relatie met het gewone leven. Het speelt zich af in een zelfde wereld waar wij ook in leven, ook al is het in een andere tijd en in een andere cultuur. Al die mensen die Jezus ontmoet zijn niet anders dan wij: boeren, vissers, vrouwen, kinderen.

Het verhaal dat we deze zondag overdenken, wijkt daarvan af. Ook hier gaat het over mensen waarin wij iets van onszelf kunnen herkennen, de drie leerlingen die met Jezus op de berg zijn. Maar verder lijkt het ver van de dagelijkse realiteit verwijderd, meer hemels dan aards. Er verschijnen twee figuren, Mozes en Elia, “in hemelse luister” die met Jezus in gesprek zijn, alsof zij uit de dood zijn verrezen. Is het een droom? Een hallucinatie? Onwerkelijk.

Toch voelen we aan dat het een belangrijk verhaal is. Niet alleen omdat we het ieder jaar op deze zondag – de tweede van de 40dagentijd – lezen, maar ook omdat het bij alle drie synoptische evangelisten voorkomt en bij alle drie op een cruciaal moment op Jezus’ levensweg.
Daarnaast merk je al snel, dat het vol is met een bijzondere symboliek, in verschillende elementen die een rol spelen: de berg; het stralende licht van Jezus’ aangezicht en de hemelse luister van Mozes en Elia, die beiden weer symbool staan voor respectievelijk de Wet en de Profeten. Er komt een wolk voor in het verhaal – ook een bijbels motief; en op het laatst de stem die verklaart: “Dit is mijn Zoon, mijn uitverkorene, luister naar hem” (vers 35).

Ik zal wat uitleg geven bij dit wonderlijke maar belangrijke verhaal. Maar vooral proberen om dit verhaal te verbinden met onze wereldse, aardse realiteit, met ons eigen leven, in deze tijd op weg naar Pasen.
Ondanks de eerste indruk dat het daar los van staat, ligt daar misschien wel de belangrijkste betekenis. Direct hier aansluitend staat dat ze de berg afdaalden en dat daar een grote menigte staat met hun noden en hun vragen. Het lijkt een vingerwijzing dat de gewone mensen en de dagelijkse realiteit de voorrang moet krijgen.

We zeiden al dat dit verhaal door drie evangelisten wordt verteld, min of meer hetzelfde. Maar als je nauwkeuriger kijkt, zie je afwijkingen in de details. Die verraden vaak het accent dat de betreffende evangelist wil zetten.

Lucas onderstreept dat Jezus met zijn drie leerlingen de berg opgaat om te bidden. En dat de gedaanteverandering die Jezus ondergaat – de aanblik van zijn gezicht veranderde en zijn kleding wordt stralend wit – gebeurt terwijl hij aan het bidden was.
Dat accent op het bidden, is opvallend, omdat het bij de anderen zo niet wordt genoemd.
Daar komt nog iets bij.
De eerste zin begint met de mededeling: Ongeveer acht dagen nadat hij dit gezegd had… Waar slaat dat op? Wat heeft hij, Jezus, acht dagen ongeveer geleden gezegd? Als je terugleest dan zul je ontdekken dat dit slaat op de vraag die Jezus aan zijn leerlingen stelt: ‘Wie zeggen de mensen dat ik ben?’ Daar komen allerlei antwoorden op. Petrus noemt hem dan voor het eerst Messias, gezalfde, waarop Jezus begint, ook voor het eerst, over het lijden dat de Mensenzoon te wachten staat, ‘maar op de derde dag zal hij uit de dood worden opgewekt’ (9: 18 – 22).
Deze passage begint echter met de mededeling Toen Jezus eens aan het bidden was en alleen de leerlingen bij hem waren, stelde hij hun de vraag enz. Ook hier dus het accent op het bidden – dat is opmerkelijk.
Om het dan rond te maken, kunnen we denken aan een derde fragment uit hetzelfde evangelie. Misschien was dat ook al bij u opgekomen, want dit verhaal op de berg doet denken aan het verhaal van Jezus die in gebed is op de Olijfberg, vlak voordat hij gevangen genomen wordt. Daar is hij samen met de leerlingen, die dan in slaap vallen, en dat laatste wordt ook hier verteld: Petrus en de beide anderen waren in een diepe slaap gevallen – een detail dat alleen Lucas vermeldt en bij de andere evangelisten ontbreekt.

Kortom, er is dus een soort verbindingslijn tussen deze momenten in het doorlopende evangelieverhaal dat Lucas vertelt. Niets in het evangelie wordt zomaar vermeld. Alles heeft een diepere betekenis.
Door deze verbindingslijn wordt onze aandacht gevestigd op het motief van het gebed in relatie tot het lijden of de lijdensweg. Want dat is op al die drie momenten aan de orde: het lijden van de Mensenzoon (in de vraag Wie zeggen de mensen dat ik ben?), de beker van het lijden (in het gebed op de Olijfberg) en hier op de berg, waar Mozes en Elia met Jezus in gesprek zijn “over het levenseinde dat hij in Jeruzalem zou moeten volbrengen” (vers 31). En voor wie het interessant vindt, nog even gezegd dat voor het woord ‘levenseinde’ in het Grieks het woord ‘exodus’ – uittocht staat.

Vanmorgen leggen we de nadruk op dat verband tussen gebed en Jezus’ lijdensweg. Omdat we daar de verbinding kunnen vinden tussen dit wonderlijke verhaal en onze eigen realiteit. Nu opent dat woord ‘gebed’ ook weer een heel veld van associaties, beelden en gedachten, dat alle kanten op kan gaan.
In een preek van de katholieke theoloog Edward Schillebeeckx las ik het volgende:
“Lucas is bij uitstek de evangelist van het gebed! Voor hem komt biddend omgaan met God in de dagelijkse ontmoeting van mensen andere mensen ten goede!” (Verhalen van een Levende. Theologische preken, p. 304).

Jezus leeft van het gebed maar als het ware ook in het gebed.
Het gebed is de kracht waardoor hij uiteindelijk zijn weg kon gaan, de weg van het leven en van de liefde en van de volgehouden liefde in het aangezicht van de dood.
Dat is de innerlijke bron waardoor het kan gebeuren dat in zijn gebed zijn gelaat op gaat lichten en iets van een hemels glans krijgt. Dat is het wonder van de transfiguratie zoals Lucas dat schetst.

Als het gaat over het gebed, gaat het ook over het lijden, maar daarin en daardoor ontstaan er ook momenten van licht, van inzicht (U bent de messias), van waar het op uit loopt (het levenseinde dat een doortocht wordt) en is er de stem die ons op weg wijst (Luister naar hem). Dat is het verband: In het lijden, gloort het licht. Dat is het geheim van Pasen, in de duisternis is het licht, in de dood is het leven.

Het is dus van belang om die verbanden te zien.
Het begint bij het gebed.
Dan gaat het niet om geïsoleerde momenten van gebed, of om het gebed als ritueel – hoe belangrijk allemaal ook. Het gaat vooral om een bepaalde levenshouding, een bepaalde manier van leven, van openstaan, van gerichtheid en van concentratie. Gebed als een volgehouden openheid voor wat God in jouw leven wil doen. Een houding die je altijd terugverwijst naar de mensen, naar de ontmoeting, naar de dagelijkse realiteit. Gebed als levenshouding die ‘in de dagelijkse ontmoeting van mensen andere mensen ten goede komt’. Of om in de sfeer van dit verhaal te blijven, de manier van bidden die je de berg op leidt, je in de nabijheid van de hemel brengt, maar je ook weer de berg afstuurt, de wereld in.

Gebed is de reden dat Jezus in zijn leven en in zijn lijden niet alleen is, maar verbonden blijft met de Vader. Dat komt op deze cruciale momenten tot uitdrukking; dat blijft gelden tot zijn laatste gebed op het kruis toe: Vader, in uw handen leg ik mijn geest (23: 46). In zijn lijden blijft hij verbonden met God én met de mensen, als hij op het kruis bidt: Vader, vergeef hun, want ze weten niet wat ze doen (23: 34), en één van zijn medegekruisigden toezegt: nog vandaag zul je met mij in het paradijs zijn (23: 43).
Jezus’ gebed komt andere mensen ten goede.


Als we de veertigdagentijd beleven, als een tijd in het jaar om ons eigen geloof te verdiepen, om te ontdekken hoe diep de verbindingslijnen getrokken worden, niet alleen in het evangelie, maar ook in ons eigen leven, dan kan de meditatie op het gebed daarbij wellicht helpen.
Het gebed begrepen als gebed dat andere mensen ten goede komt. Omdat het openheid schept – ademruimte. Omdat het je dichter bij jezelf brengt, bij je eigen bronnen van inspiratie, waardoor je ook meer voor anderen kunt betekenen. Hoe meer je vanuit je eigen stabiliteit kunt leven, hoe onbevangener je ook in contact met anderen kunt zijn.
Gebed als ruimte, letterlijk hier in de kerk, meer figuurlijk ruimte die je creëert in je eigen drukke dagelijkse discipline, om gericht te zijn op God, op het leven en dus ook het lijden, gericht te worden op de ander die met mij gaat.

Als je zo leeft in de ruimte van het gebed, in gerichtheid op het dagelijkse leven, kan het gelaat van de ene mens oplichten voor de ander en kan het wonder gebeuren, dat er iets zichtbaar wordt van de hemelse luister waartoe wij bestemd zijn.
AMEN

Previous Post Next Post

6 Comments

  • Reply Carina Westerhof 18/03/2019 at 08:28

    Beste dominee. Gisteren hoorde ik een dergelijke preek in onze kerk. U noemt het volgende: Hoe meer je vanuit je eigen stabiliteit kunt leven, hoe onbevangener je ook in contact met anderen kunt zijn. Dat klopt. Die ‘stabiliteit’ heb ik pas ontvangen na een bewuste ‘wedergeboorte’. Dat klinkt misschien hoogdravend, maar ik weet niet hoe ik het anders moet noemen. De ‘uittocht’ uit het oude leven naar een nieuw leven in Gods licht, waarna ik geen twijfels meer had over God, Jezus, de Heilige Geest. Dat was een ervarind die mijn hart veranderde. Die een basale angst en onzekerheid wegnam. Maar…dan is het elke dag weer zoeken en vechten tegen allerlei aanvallen. Stabiliteit (zekerheid) kan ik dan krijgen door Gods woord te lezen, te bidden. Zo van…oh ja. Het heeft zin! Het is een wonder het geloof. Pas zei iemand ‘het is een wonder als iemand gaat geloven in Jezus, dat Hij Gods zoon is. Dat in Jezus God naar ons toegekomen is en Hij ons zo enorm liefheeft! Ik heb ervaren dat geloof door God gegeven wordt. Na een actie van mijzelf, na een bewuste vraag aan God (heel eng en spannend). Zekerheid dat Hij er echt IS. Als het goed of slecht gaat, als er vertrouwen is of angst, gewoon elke dag, elke seconde God in de buurt.

  • Reply Harry 19/03/2019 at 11:27

    Wat een prachtige (en knappe) preek, Bert.

    • Reply Bert Altena 19/03/2019 at 15:32

      Dank je.
      Eerlijk gezegd was ik er zelf ook wel tevreden over. Het grappige is dat dit door het thuisfront niet werd gedeeld. Daar vond men de preek veel te theologisch, als een soort college…
      Ook zondag bij de deur heb ik wel eens meer positieve respons gehad. En er was wel aandacht, maar ook meende ik te zien (altijd oppassen daarmee) dat er ook hoorders afdwaalden..
      Dat zet je dan weer met beide benen op de grond.

      Misschien zijn dit soort preken vooral besteed aan theologen?
      Die verschillende reacties geven me weer te denken.

  • Reply Asanti Terini 02/09/2019 at 19:02

    Ee is er de stem die ons op weg wijst (Luister naar hem). Dat is het verband: In het lijden, gloort het licht.(van inzivht)
    Dit is een grote bemoediging voor mij

    • Reply Asanti Terini 02/09/2019 at 19:10

      Correctie
      En is er de stem die ons op weg wijst (Luister naar hem). Dat is het verband: In het lijden, gloort het licht.(van inzicht,)
      Dit is een grote bemoediging voor mij.
      Wees Gezegend!

  • Reply Gina Peters 20/02/2022 at 22:45

    Een prachtige preek, dank Bert! De Heilige Geest heeft je mooie gedachten en vervolgens de juiste woorden gegeven. Ben erdoor geraakt, zal enkele citaten delen tijdens m’n bijbelstudie en Lectio Devina. Gebed is zó belangrijk in onze relatie met God naast bijbellezen.

  • Laat een antwoord achter aan Carina Westerhof