Overdenking

de kracht van het verhaal (Marcus 5: 1 – 20)

We hebben in de kerk deze zomer net zoals vorig jaar een aantal diensten gehad over Struikelteksten. Moeilijke of bizarre Bijbelverhalen, die vaak worden overgeslagen. Deze had daar misschien best bij gekund. Het verhaal is er bizar genoeg voor, over een man die bezeten is door een onreine geest. Dat is het vreemde niet, want dat is van alle tijden. Bizar wordt het als Jezus deze man ontmoet en vervolgens toestaat dat de onreine geesten in de daar toevallig grazende kudde varkens intrekken. Waarop de kudde van 2000 stuks de helling afstormt en verdrinkt in het water. De gekke varkens ziekte?
Hoe vreemd wil je het hebben? Had je niet een mooier Bijbelverhaal kunnen kiezen? Dit is toch niet echt reclame voor dat kerkelijk verhalenboek…

Overdenking tijdens de jaarlijkse openluchtviering in Vries.
Thema: de kracht van het verhaal.
Gelezen gedeelte Marcus 5: 1 – 16 (in het Drents)

Tsja, je kunt er van alles over zeggen. Dat de Bijbel niet alleen maar mooie verhaaltjes vertelt, maar ook ongemakkelijke. Dat de Bijbel natuurlijk de sporen draagt van een heel andere tijd en heel andere denkwerelden. Je kunt ook verdedigen dat ze zelfs toen al dit een bizar verhaal vonden. Want de andere evangelisten, die het van Marcus overnamen, lieten de meest dramatische details weg. Maar toch, de kern van het verhaal hielden ze overeind. Het bleef, hoe bizar ook, het waard om dit verhaal te bewaren en door te vertellen.
Waarom?
Misschien wel, omdat er een boodschap in verscholen zit, die ook voor ons en voor mensen van deze tijd van belang is. Immers, in ieder goed verhaal kom je zelf ook voor.
Daar gaat het natuurlijk altijd om, bij alle menselijke verhalen en zeker ook bij verhalen uit de Bijbel. Ze vertellen niet alleen iets over anderen, over toen en daar, ze hebben iets te zeggen voor het nu, voor jou en voor mij.

Volgens beproefd Bijbels procedé zou ik die boodschap in drie punten willen aanwijzen.
En ik vertrouw erop dat u tussen de regels wel begrijpt, wat dat met jou en met ons te maken heeft.

Het eerste waar we bij stil staan, dat is de mens die hier beschreven wordt.
Een man met een onreine geest. In het Drents is dat vertaald als: een mens met slechte gedachten, maar dat is het toch niet helemaal. Het is niet per se iemand die slechte dingen in de zin heeft, maar een mens met een verwarde geest. Wij zouden zeggen, een psychiatrisch geval. De mens in isolement. Hij woont ver van de bewoonde wereld. Hij woont tussen de graven. Daar zit zeker ook iets symbolisch in. Hij overleeft op de dodenakker.

Waarom hij daar huist, daar kun je naar raden. Het lijkt alsof dat het gevolg is van een dubbel mechanisme. Er zijn mensen die uit vrees voor andere mensen de eenzaamheid zoeken. Hij is misschien wel een bushcrafter. We hebben deze week een nieuw woord geleerd, ik tenminste, en dat komt je in gedachten bij de manier waarop deze man beschreven wordt. Slachtoffer van zijn verwarde geest, bang voor zichzelf misschien wel. Maar zeker ook, en dat is de andere kant van het dubbele mechanisme, geïsoleerd vanwege de angst van de omstanders, de dorpsbewoners, de gewone mensen. Zoals wij altijd verlegen zijn met mensen die om wat voor reden anders zijn. Een mechanisme van alle tijden. Angst houdt ons van elkaar vervreemd.
Begrijpelijk, zeker als eerste reactie. We zijn op onze hoede voor wie of wat vreemd is, zeker als die ander kwaad in de zin heeft hoewel dat hier niet meespeelt. Hoe begrijpelijk allemaal ook, het is niet de bedoeling dat je in je eerste reactie blijft steken. Volgens mij is dat een belangrijk aspect van dit verhaal, en van andere verhalen van Jezus. Want doe je dat wel, dan verandert er niets. Niets ten goede.

Tweede stap is daarom, er op te letten hoe Jezus op deze man in isolement afstapt.
Alleen al daardoor verbreekt hij de ban – zoals wel vaker gebeurt in zijn verhalen.
En wat dan opvalt is dat het eerste wat Jezus doet is, dat hij vraagt naar zijn naam!
Ook dat heeft een diepere betekenis.
Natuurlijk had die man een naam, en was die vast ook bij de dorpsbewoners bekend, maar niemand gebruikte die naam meer. Hij had geen naam meer, hij had een etiket gekregen: die gek; die gevaarlijke malloot; die idioot op het kerkhof; je weet wel…

Jezus vraagt naar zijn naam. Hij heeft belangstelling voor zijn verhaal. Wie is je vader, wie is je moeder? Van wie ben ie d’r iene?

Tussendoor merken we op, dat het opvallend is dat deze ‘verwarde mensen’ Jezus wel kennen.
Er staat dat hij voor Jezus neerknielt (in aanbidding).  Hij spreekt Jezus aan als ‘de zoon van de allerhoogste’ – terwijl in het Marcusevangelie niemand van de leerlingen goed doorheeft wie die Jezus nu eigenlijk is. De zogenaamde gekken weten haarfijn wie Jezus is en wat zijn macht is. Het is alsof hij Jezus op afstand houdt – want jij weet beter wie ik ben…
Iemand kan je ook (al) te na komen – als hij je doorheeft.
Is dat ook niet waarom veel mensen bang zijn zich bloot te geven aan een ander? En waarom het zo belangrijk is om een imago van ons zelf op te houden – terwijl we ook vaak merken hoe vermoeiend dat is, en hoe bevrijdend het is om bij iemand de veiligheid te voelen je zelf te kunnen zijn?

Daarmee gaan we naar het derde punt, de ontknoping.
Want Jezus blijkt deze man te kunnen genezen. Hoe en wat, dat laten we nu even rusten. We laten het wonder intact, zo te zeggen. Ik wil uw aandacht vragen voor een paar details in het verhaal, als de man is genezen, tot rust is gekomen, tot zichzelf is gekomen.
Er staat dan dat hij bij Jezus zit. Hij is niet meer op het kerkhof, dat is letterlijk en figuurlijk verleden tijd. Het graf van voorbij.
Er staat dat hij bij Jezus zit, gekleed. Dat staat er apart bij.
Hij heeft nette kleren aan (in andere versies wordt vermeld dat hij daarvoor naakt is – teken van verwarring, maar ook van kwetsbaarheid).
De genezen mens wil graag bij Jezus blijven en met hem mee gaan, maar dan zegt Jezus: ga naar huis, naar uw eigen mensen.
De genezene mag niet afhankelijk worden van de genezer. De patiënt is niet langer gebonden aan de therapeut. Hij mag, nee hij moet, weer op eigen benen staan, op eigen kracht verder. Maar met een essentieel verschil, ga naar huis, naar uw eigen mensen.
Hij is weer opgenomen in de gemeenschap. Hij maakt weer deel uit van de samenleving. Dat is als het ware de eigenlijke voltooiing van zijn genezingsproces.

Elk verhaal heeft ook een rafelrandje. Ook dit verhaal, waar we niet alles over gezegd hebben wat er te zeggen valt. Wat bijvoorbeeld van die varkens?
Ik geef toe. Dat is en blijft een moeilijk punt, want wat kunnen die varkens er aan doen. Typisch geval van op het verkeerde moment op de verkeerde plaats.
En wat zullen die varkensboeren daar nu van vinden? Ik stel me voor dat er in die tijd er vast nog geen compensatieregeling voor gederfde inkomsten bestond.

Dat van die varkens, dat weet ik ook niet zo goed. Daar moeten we het een andere keer maar over hebben, want dat is, volgens mij, een heel ander verhaal.

Previous Post Next Post

1 Comment

  • Reply Nellie 08/01/2022 at 19:18

    Kunt u dat van die varkens toch nog eens uitleggen?

  • Leave a Reply